Onbekend
Dit kleine pandje was oorspronkelijk het achterhuis van het hoekpand Kolperstraat 27. Bij de zettingen van 1547 en 1552/'53 wordt voor een van de huisjes in de Fonteinstraat de goudsmid Christofel Gevaerts genoemd. Hij staat | 367 |
ook vermeld als cijnsplichtige van het hoekpand Kolperstraat 27. 'Het Witte Hoeike' is later tegen de aangrenzende huizen aangebouwd. In de rechter zijmuur zat een doorgang naar het voorhuis en bouwsporen van vermoedelijk een stookplaats, die in combinatie moet worden gezien met het rookkanaal in het voorhuis (Kolperstraat 27). Het pand was voorzien van een klein keldertje. | 368 |
Berben1388. "'t Witte Hoeike". | 71 |
1865 | J. Stevenaar (winkelierster in mutsen en lint) |
1875 | J. Stevenaar (winkelierster in mutsen en lint) |
1881 | J. Stevenaer (winkelierster in mutsen en lint) - W. Stevenaer (aanspreker en lijkbezorger) |
1908 | wed. M. Berben-Kuite (in kol. waren comestibles) - J.L. Burg-van Dijk (ambt. bij de Gemeentew.) |
1910 | H. Lucas (modes (hoeden) en agenturen) |
1919 | H.H. Lucas (modes (hoeden) winkel) |
1928 | Th.J.M.G. Huijbers - wed. C.M. Visser |
1943 | F.J.B.L. Leemhorst (koopman in bloemen) - C. Lucas-Pruijsen (modisterij) |